Press: Interview met Het Parool

In het Parool van maandag 26 februari staat een interview met mij over Bloed is dikker dan water. Lees het artikel online!

In Het Parool van maandag 26 februari staat een interview met mij over Bloed is dikker dan water. Opgetekend door journaliste Anouk Kemper. Groot verhaal geworden, ben er blij mee! Mooi opgemaakt ook, met die grote typografie op de linkerpagina. Je kunt het interview online teruglezen.

Bloed is dikker dan water is verkrijgbaar in de boekhandel en is ook online te bestellen.

9789048826407

 

Logboek van een debutant: slot

Ik brandde het decor af waar ik zo hard aan had gebouwd. Van de 68.000 woorden bleven er nog 20.000 over. Het had de doodsteek kunnen zijn voor ‘Project Roman’ maar het werd de redding.

Najaar 2015. Ik was er bijna, ik was er bijna, maar nog niet helemaal. Ik had 68.000 woorden, het aanscherpen kon beginnen, het einde misschien nog beter. Maar naarmate de tijd verstreek voelden alles scenes, alle hoofdstukken waar ik zo tevreden over was, nog steeds niet als één verhaal. Ik probeerde alles met elkaar in verband te brengen, maar het voelde geforceerd. Hou het simpel, luidde het advies van mijn redacteur Roel.

Het liep moeizaam allemaal. Ik hakte wat weg, voegde wat toe. Begin 2016 trok ik me drie dagen terug in een hotelkamertje aan zee. De vorige keer leverde zo’n weekend me 18.000 woorden op, dit keer niet. Ik schreef niet veel, maar maakte lange wandelingen over het strand. Ik keerde huiswaarts met een paar honderd bruikbare woorden, maar ik had wel een nieuw einde verzonnen.

Ik brandde het decor af waar ik zo hard aan had gebouwd. Van de 68.000 woorden bleven er nog 20.000 over.

Dat nieuwe einde, daar was ik blij mee. Bijna alles wat daarvoor zat, was niet goed genoeg, niet af genoeg. Het revalidatiecentrum, al die mensen; leuk, grappig, toch stond het te ver weg van het verhaal. Het verhaal over een jongen en zijn vader en zijn familie. Het worstelen ging nog een paar maanden door. Ik weet niet meer waar of hoe ik het inzicht kreeg (waarschijnlijk heel subtiel door mijn redacteur mijn hersens ingemasseerd), maar ineens besloot ik dat dat hele revalidatiecentrum eruit moest. Ik brandde het decor af waar ik zo hard aan had gebouwd. Van de 68.000 woorden bleven er nog 20.000 over. Het had de doodsteek kunnen zijn voor ‘Project Roman’ maar het werd de redding.

Ineens werd alles duidelijk. Ik behield alleen de flashbacks, daaromheen construeerde ik een nieuw verhaal. Ik nam afscheid van mijn pseudoniem. Ik schreef het, waarom niet mijn eigen naam gebruiken? Het voelde goed, het voelde logisch. Eind 2016 had ik een totaal nieuwe versie.

Het duurde nog een jaartje (mede door drie maanden volle bak Europa League-campagne met Ajax, waar ik op de media-afdeling werk) maar dat was niet erg. Ik wist dat het goed ging komen. Hier en daar wat bijslijpen en op de eerste dag van 2018 was mijn boek klaar. Correctierondes, wel of geen hoofdstuktitels, de cover, een paar mooie quotes van collega-schrijvers en op naar de drukker.

Vrijdag 9 februari werd Bloed is dikker dan water gepresenteerd op de uitgeverij. Familie, vrienden, collega’s, de mensen van Lebowski. Een heerlijke avond. Fictie en realiteit begonnen alweer door elkaar heen te lopen. Het werd gezellig, écht gezellig. De Schültenbrau en Miesjmasj, de drank waarmee de hoofdrolspelers in het boek zich wapenen tegen de zomerhitte, vloeiden rijkelijk. Maar de tent ging sluiten. ‘Lieve mensen, sorry, maar we moeten langzaam een einde maken aan deze mooie avond.’ Oom: ‘Dan heb je het boek niet goed begrepen volgens mij. Hier begint het pas.’

Lees ook: Logboek deel 1 // Logboek deel 2 // Logboek deel 3

Bloed is dikker dan water is verkrijgbaar in de boekhandel en is ook online te bestellen.

9789048826407

Press: Nooit meer slapen…

Te gast bij Nooit Meer Slapen op NPO Radio 1. Mooi gesprek met Hanneke Groenteman over familie, fantaseren over je begrafenis en natuurlijk over Bloed is dikker dan water. De taperecorder stond aan, dus je kunt het terugluisteren!

Te gast bij Nooit Meer Slapen op NPO Radio 1. Mooi gesprek met Hanneke Groenteman over familie, fantaseren over je begrafenis en natuurlijk over Bloed is dikker dan water. De taperecorder stond aan, dus je kunt het terugluisteren!

Bloed is dikker dan water werd vrijdag 9 februari gepresenteerd. Nu verkrijgbaar in de boekhandel en online te bestellen.

9789048826407

Bloed is dikker… The Soundtrack

In Bloed is dikker dan water zit héél veel muziek. Tijd voor de soundtrack dus. Veel Britpop, meer 90’s & een paar classics. Enjoy!

In Bloed is dikker dan water zit héél veel muziek. Tijd voor de soundtrack dus. Veel Britpop, meer 90’s & een paar classics. Enjoy!



Bloed is dikker dan water werd vrijdag 9 februari gepresenteerd en is nu verkrijgbaar in de boekhandel. Het boek is ook online te bestellen.

9789048826407

Podcasts: 5 hoofdstukken online

Voor het Lebowski/Hebban-podcastkanaal heb ik 5 hoofdstukken van Bloed is dikker dan Water ingesproken. Binnenkort meer, dan ga ik aan de wandel met Roel van Diepen voor een nieuwe editie van Lopen met Lebowski.

Voor het Lebowski/Hebban-podcastkanaal heb ik 5 hoofdstukken van Bloed is dikker dan Water ingesproken. Binnenkort meer, dan ga ik aan de wandel met Roel van Diepen voor een nieuwe editie van Lopen met Lebowski. Voor nu: veel luisterplezier!

Bloed is dikker dan water werd afgelopen vrijdag gepresenteerd en is nu verkrijgbaar in de boekhandel en online
te bestellen
.

9789048826407

Logboek van een debutant: 3

Ik had mijn benen gebroken, heupen, bekkens, schaambeen. Mijn arm was verlamd en mijn rechtervoet zag eruit als een open gehaktbrood.

Ik had Manuscripting gewonnen. Ik dronk koffie met literair agenten Paul Sebes en Willem Bisseling. Ze werden mijn vertegenwoordigers. Nu nog een boekcontract. Dat was mijn doel. Ik wilde niet aan een project zo groot als een roman beginnen zonder de zekerheid dat het zou worden uitgegeven. Lebowski was geïnteresseerd, ook al had ik nog maar 1.250 woorden getikt, omgerekend een bladzijde of drie, vier. Ergens in de laatste weken van 2014 verzamelden we tegenover metrostation Overamstel op de Lebowski-burelen, kwamen de kaasstengels en flesjes bier tevoorschijn en tekende ik een contract(je) voor een roman. Verwachte verschijningsdatum: winter 2015/2016.

Ik kon mijn prille schrijversgeluk niet op. Tikte als een bezetene in ieder vrij uurtje dat ik had. Ik droeg voor tijdens het Harry Mulisch Festival in De Kring, de besloten kunstenaarssociëteit met roemruchte reputatie. Ik las voor, maar kon mezelf nauwelijks verstaan want iedereen was bezopen en tetterde er doorheen. Het kon me niks schelen, ik had een boekcontract, ik had beroemde literair agenten en stortte me vol overgave in het seniorenbacchanaal.

Het schrijven ging goed. Ik ramde de pagina’s eruit. Roel, mijn redacteur, was enthousiast. Meters maken, het Word-document werd groter en groter. Vijfduizend woorden, tienduizend, vijftien- twintigduizend. In juni 2015 ging ik een weekend naar Leuven. Alleen, vier dagen voluit schrijven. De tijd zat me op de hielen, dat wist ik, want een dikke maand later verwachtten we onze tweede zoon. Het was volop zomer. Ik sloot mezelf op in mijn hotelkamer en kwam alleen naar buiten om aan de overkant een kop koffie te halen, of ’s avonds een bord eten.

Mijn arm was verlamd en mijn rechtervoet zag eruit als een open gehaktbrood.

Ik werkte aan de Driesprong-hoofdstukken. Mijn hoofdpersoon lag in een revalidatiecentrum, op de afdeling jongvolwassenen. Een verzameling invalide en half-invalide pubers, die begeleid werden door blowende nachtwakers en knappe teambegeleiders. Ik putte uit eigen ervaring. Toen ik zestien was, werd ik geschept door een truck. Ik had mijn benen gebroken, heupen, bekkens, schaambeen. Mijn arm was verlamd en mijn rechtervoet zag eruit als een open gehaktbrood.

Ik lag drie dagen in coma, zes weken in het ziekenhuis. Daarna drie maanden intern in een revalidatiecentrum. Ik zat opgesloten met prachtige figuren. De een was neergeschoten, de ander kromgegroeid, weer een ander was gaan stappen met een lichte verkoudheid, zijn bed ingedoken, wakker geworden omdat hij in zijn bed had geplast, opgestaan en door zijn benen gezakt: verlamd tot aan zijn navel, allemaal dankzij een bacterie die de verkeerde afslag had genomen.

Het voelde niet als revalideren, het voelde aan alsof ik voor het eerst op kamers ging. Onvergetelijke groepstherapie.
Begeleidster: ‘David, je bent dit weekend op verlof geweest.’
David: ‘Ja, en mijn vriendin mocht blijven logeren.’
Begeleidster: ‘En hoe was het met je vriendin?’
David (steekt twee vingers onder neus begeleider): ‘Ruik maar.’

Na drieënhalve dag en 18.000 nieuwe woorden rijker verliet ik Leuven. In totaal had ik nu meer dan 40.000 woorden: het volume van beknopte roman. 40.000 woorden werden 68.000 woorden. Een jongen, 1996, feesten, ongeluk, herstellen tussen de rare figuren en criminelen, iets te weten komen over zijn verdwenen vader, vakantie, vriendschap, beetje ontspoorde familie. Ik was blij met wat ik had geschreven. Blij met de scenes, met de hoofdpersonen. Ik besprak het met Roel. Ik hoefde alleen nog naar het einde toe te schrijven, alles bij elkaar laten komen. Een klus van een paar weken, een paar maanden hoogstens. Het werden tweeënhalf jaar.

Lees ook: Logboek deel 1 // Logboek deel 2 // Logboek deel 4 (slot)

Vanaf 9 februari is Bloed is dikker dan water verkrijgbaar.

9789048826407

Logboek van een debutant: 2

Ze kwam uit het land van Volvo en Björn en Bennie, maar soms leek er wel vergiftigd latinobloed door haar aderen te stromen. Ze was overtuigd vegetariër.

Finale van Manuscripting, 25 september 2014 in de Amsterdamse Stadsschouwburg. Niet de grote zaal natuurlijk, maar in de salon. Finalisten: Bronja Prazdny, Derko Laan & Karel Brown (ik dus). Mijn pseudoniem (lees logboek deel 1) bleek toch te werken. Een vriend van me had op Twitter een foto voorbij zien komen van de halve finale en dacht: die gozer lijkt echt op Timo. Maar het is hem niet, want hij heet anders.

Er zaten tien dagen tussen de halve finale en de finale. Ergens had ik nog de angst dat ik gediskwalificeerd zou worden omdat ik helemaal geen afgerond manuscript had liggen. En dat was toch de insteek van deze wedstrijd. Hoe dan ook: om alle schijn op te houden moest ik met een nieuw verhaal op de proppen komen. 750 woorden dit keer.

Ik dacht aan het meisje met wie ik ooit verkering had. Ze kwam uit het land van Volvo en Björn en Bennie, maar soms leek er wel vergiftigd latinobloed door haar aderen te stromen. Ze was overtuigd vegetariër. We vierden Kerst bij mijn oom en tante. Het was de eerste keer dat mijn familie haar ontmoette. Ze had duidelijk laten weten dat ze weinig behoefte had om ons een halve kinderboerderij te zien verslinden, maar verder keek ze uit naar de ontmoeting met mijn familie.

Ze kwam uit het land van Volvo en Björn en Bennie, maar soms leek er wel vergiftigd latinobloed door haar aderen te stromen.

Mijn tante – die net als de rest van mijn familie nog nooit een vegetariër had gezien – was zo lief om een vleesvrij gerecht voor haar te maken. Alles leek in orde, iedereen was vrolijk en nog voordat de gourmetplaat op temperatuur was, schepte ze een baal vlees op. Ik dacht eerst nog dat ze een bordje voor mij maakte, maar dat was niet zo. Alsof ze nooit anders gedaan had zette ze haar vork in een sukadelapje en schrokte het naar binnen. Mijn ex-vegetariër kreeg een mooie bijrol in het verhaal waarmee ik rond half negen de Stadsschouwburg binnenstapte.

Verder hield ik vast aan de ingrediënten waarmee ik de laatste drie mee had bereikt. De jaren negentig: dikke rookwolken tegen de plafonds, supersonische muziek uit discmans, uit de hand gelopen familiefeest. Allemaal fictie, maar niets was verzonnen.

Mijn schrijfwedstrijdavontuur had ik inmiddels met een aantal mensen gedeeld. Mijn vriendin was in de Stadsschouwburg, mijn moeder en zus, een paar vrienden. Ik keek naar het podium, luisterde naar voordrachten van Yannick Ottoy en Anne-Marieke Samson, de nummers een en twee van een jaar eerder, die meteen een uitgeverij hadden gevonden en op het punt stonden hun eerste boek uit te brengen. Een roman schrijven. Een maand eerder was het nog onbereikbaar. Nu misschien ook nog, maar ik zat in ieder geval in de juiste zaal. Ik luisterde naar mijn mede-finalisten, mijn angstzweet verborgen in mijn grijze jasje. Een korte pauze en daarna was het mijn beurt.

Mijn broer – vakbondsman – was verhinderd maar had me op het hart gedrukt om me niet in te houden en vol overgave te lezen. Dat deed ik, en ik won. Ik kreeg bloemen, een Manuscripting-mok, een uitnodiging voor het Harry Mulisch Festival en een gesprek met literair agenten Paul Sebes en Willem Bisseling (jurylid in de finale). Euforisch trok ik de nacht in met een paar vrienden, voelde me al een hele schrijver.

Buiten stuitten we op een dronken Rus van een jaar of vijfenvijftig. Zwart haar, een volle snor. Hij was hier op vakantie met zijn vrouw en een paar vrienden, maar was uit het hotel ontsnapt. We namen hem mee naar Bourbon Street, hij stond erop alles te betalen. Bier en wodka. Hij ging de dansvloer op, gleed uit, stond weer op, viel een tweede keer en nam een paar mensen mee in zijn val. De uitsmijters kwamen eraan. Voordat ze hem te pakken kregen, legde hij snel vijftig euro op de bar en zei dat hij naar zijn vrouw ging.

Thuis keek ik naar de polaroid die we hadden laten maken. De Rus had zijn armen om ons heen geslagen, keek stralend in de camera. Een kopie van mijn vader. Ik wist al waar mijn boek – als het er ooit zou komen – over zou moeten gaan, maar dit was de bevestiging.Ik sliep een gat in de dag. Werd wakker, opende Karel Browns G-mail en zag een bericht van Roel van Diepen van Lebowski, die ik al tijdens de halve finale had ontmoet. ‘Waaaaaat, gewonnen! (…) Hou je hoofd koel en kom een keer praten als je zin hebt.’

Lees ook: Logboek deel 1 // Logboek deel 3 // Logboek deel 4 (slot)

9 februari ligt Bloed is dikker dan water in de boekhandel. 

9789048826407

Lydia bedankt, Maxïmo Park bedankt

Ik wilde zelf schrijven. Aan een roman durfde ik niet te denken. Korte verhalen, dacht ik. Geen druk, geen deadline, gewoon anderhalf uur schrijven op een vrije middag en we zien wel wat er van komt.

In Logboek van een debutant 1 schreef ik dat ik op vakantie was, dat door de WiFi-loze Griekse lucht mijn hersenen zich openden en ik zin kreeg om te schrijven. Daar is geen woord van gelogen, maar voor de volledigheid: het begon allemaal met een liedje.

Ik luisterde in de zomer van 2014 aan een stuk door naar Too Much Information van Maxïmo Park. Band uit Newcastle, lichtjes op retour, maar man, wat een muzikaal juweel hadden ze afgeleverd. Met het derde liedje, Lydia, The Ink Will Never Dry, als hoogtepunt. Het gitaarloopje – beetje geleend van The Smiths – prachtig meebrulrefrein en een hoofdpersoon waar ik meer over wilde weten.

Lydia bleek een zijdelingse ode aan Lydia Davis: Man Booker International Prize-winnaar, vooral bekend vanwege haar korte verhalen. Nooit van gehoord, nooit een letter van gelezen, dus op naar de boekwinkel. Ik kocht Verzamelde Verhalen, een vuistdik roze boek, en nam het mee naar Griekenland op vakantie.

Ik las het roze boek van Lydia. Kleine verhalen over een ruzies met haar man, een nieuw huis in de bossen, beslommeringen met haar zoontje, onderbuurvrouw Mildred die met haar hobo masturbeerde. Een hele nieuwe wereld in een paar bladzijden.

Ik wilde zelf schrijven. Aan een roman durfde ik niet te denken. Korte verhalen, dacht ik. Geen druk, geen deadline, gewoon anderhalf uur schrijven op een vrije middag en we zien wel wat er van komt. Met het eerste verhaal schreef ik me in voor Manuscripting. Met dank aan Lydia Davis, met dank aan Maxïmo Park.

Bloed is dikker dan water verschijnt 9 februari. Reserveer nu!

9789048826407

Bloed is dikker dan water

Yeah! Bloed is dikker dan water verschijnt 9 februari. Je kunt het boek nu al bestellen en reserveren.

Bloed is dikker dan water ligt nu in de winkels! Je kunt het boek ook online bestellen.

De zeventienjarige Tommy groeit op in een milieu van ritselaars, raddraaiers, drinkers en bordeellopers. Nadat het huwelijk van zijn ouders op de klippen is gelopen, is zijn vader, machinist op de grote vaart, langzaamaan uit beeld verdwenen. Tommy wordt opgevoed door zijn moeder, zijn drankzuchtige oma en zijn oom Jassie, garagehouder en parttime kruimeldief.

Bloed is dikker dan water is een even rauwe als geestige roman over opgroeien in een familie uit de arbeidersklasse

Als Tommy na een uit de hand gelopen ruzie op school noodgedwongen moet gaan nadenken over zijn toekomst, besluit hij zijn droom na te jagen: hij wil naar Engeland. Tijdens zijn examenjaar wordt echter duidelijk dat hij de afwezigheid van zijn vader nog altijd niet verwerkt heeft. Op een drankovergoten familiebarbecue aan de vooravond van zijn vertrek rijst de vraag of zijn droom ooit uit zal komen…

Bloed is dikker dan water is een even rauwe als geestige roman over opgroeien in een familie uit de arbeidersklasse en over de vraag of je je kunt ontworstelen aan je achtergrond.

Bloed is dikker dan water: bestel nu een exemplaar.

recensie bloed is dikker dan water

Logboek van een debutant: 1

Deadline: middernacht. Ik had geen 500 woorden. Ik had geen korte pitch. Maar ik had nog een uur of drie om daar verandering in te brengen.

Het boek is af. De drukproeven doorgespit, de cover bekend, de presentatie in voorbereiding. Bloed is dikker dan water ligt vanaf 9 februari 2018 in de winkels. Opgelucht, maar vooral trots. Mijn debuutroman: een avontuur dat drieënhalf jaar geleden begon.

In de zomer van 2014 was ik met mijn vriendin en zoontje van anderhalf op Kreta. Zwembad, Sunweb-vlag aan het balkon, kindje dat overdag nog twee keer sliep, geen internet. Alleen maar lezen, muziek luisteren en luieren aan het strand. En zoals dat gaat als je een tijdje offline bent en verlost van alles dat ook maar een beetje met het echte leven te maken heeft: je hersenen gaan open, ideeën en inspiratie. Alles is weer mogelijk. Waarom niet weer eens iets schrijven? Waarom geen korte verhalen?

Op de dag dat we terugkwamen van vakantie, klopten bekende algoritmes meteen weer op de deur. Na twee weken WiFi-vrij Griekenland scrolde ik zonder duidelijk doel door mijn Facebook-timeline. Mijn oog viel op een post over een schrijfwedstrijd Manuscripting. Bedoeld voor iedereen met een voltooid manuscript. Ik had geen voltooid manuscript. Ik had helemaal geen manuscript. Ik keek wat je moest inzenden: een scène van 500 woorden én een korte pitch over je boek. Deadline: middernacht. Ik had geen 500 woorden. Ik had geen korte pitch. Maar ik had nog een uur of drie om daar verandering in te brengen.

Het was al na twaalven, de deadline was zojuist verstreken. Toch stuurde ik mijn verhaal in. Niet onder mijn eigen naam, dat durfde ik niet. Mijn vader heette Karel, mijn achternaam is Bruijns, de bijnaam van mijn broer was Charly Brown. Ik had al drie glazen wijn op. Ik husselde alles door elkaar en veranderde mijzelf in Karel Brown. Karel maakte een Gmail-adres aan, las alles nog één keer door, voegde de bijlagen toe en drukte op SEND.

De e-mail begon met: ‘Beste Karel…’ Startschot voor schizofrenie.

Ik had niemand iets verteld, zelfs mijn vriendin niet. Na vijf dagen kreeg ik een e-mail dat ik met mijn fragment door was naar de volgende ronde. De e-mail begon met ‘Beste Karel…’ Startschot voor schizofrenie. Mijn nieuwe ik was doorgedrongen tot de laatste acht. De halve finale was in Utrecht op Manuscripta. Ik moest mijn fragment voordragen en in een minuut uitleggen waarom mijn boek zou moeten worden uitgegeven. Ik zag namen van juryleden die bij grote uitgeverijen werkten. Ik had nog een week om me voor te bereiden.

Op 7 september 2014 meldde ik me bij de Winkel van Sinkel. Een meisje van de organisatie gaf me een hand. ‘Ik ben Timo,’ zei ik ‘Ik moet voordragen.’ Ze keek op de gastenlijst. Dag pseudoniem. Ik werd rood, verbeterde me en zei: ‘Ik ben Karel, ik moet voordragen.’
‘Je zei net Timo.’
‘Nee ik zei Karel’
‘Oké.’

De halve finale was in een klein, maar druk zaaltje, het nachtrestaurant. Ik kreeg twee consumptiebonnen, keek rond en probeerde te achterhalen wie in dit zaaltje ook straks het podium op zouden klimmen.

Acht finalisten, ik begon. Mijn fragment. Over een familieverjaardag. Over mijn oom Jassie Oorlog. Als je met hem ruzie hebt, dan heb je geen ruzie, dan heb je oorlog. Over mijn oma, die de donkere vriend van mijn zus voor het eerst ziet. O zo zwart… Hij lijkt wel blauw. Mijn stem ging de hoogte in, ik las te snel. Eén keer hoorde ik gegniffel. Godzijdank. Ik wachtte op een veeg uit de pan van de jury, maar die kwam niet.
Met een glas bier luisterde ik naar de andere deelnemers. De beste drie gingen door naar de finale. Een meisje las een mooi gedicht voor over ruzie over een kerstpakket. De uitslag. Ik hoorde mijn naam, mijn valse naam. Ik zat in de finale.

Lees ook: Logboek deel 2 // Logboek deel 3 // Logboek deel 4 (slot)

Bloed is dikker dan water verschijnt 9 februari. Reserveer nu!

9789048826407